Spreek jij de taal van je klant?
Vaktaal (of jargon) kan leiden tot onbegrip bij je wensklant. Vaktaal is het gebruik van woorden, uitdrukkingen en soms zinsbouw die horen bij een bepaalde groep of beroepsgroep. Als een klant niet begrijpt wat het product doet en welk probleem het oplost, gaat hij het zeker niet kopen. Wees je dus bewust van jouw (vak)taal en de taal die jouw klant spreekt. Zet in je woordkeuze je klant centraal.
“Taal die gericht is op het bedrijf zelf (vaktaal) is onduidelijk taalgebruik en is niet gericht op de wensklant.”
Klant begrijpt geen vaktaal
Vaktaal of jargon wordt binnen een groep gesproken en bevat woorden en uitdrukkingen die buiten de groep veel minder vaak worden gebruikt. Dat kan thuis zijn of binnen de familie. Maar ook binnen clubs of beroepsgroepen. Binnen de groep begrijpt iedereen elkaar en levert de communicatie geen problemen op. Maar spreekt jouw klant jouw taal?
Jargon thuis
Koekiebij? is een kreet bij ons thuis. Blijkbaar stelden wij onze dochter in haar peuterfase een belangrijke vraag bij het koffie-/theemoment: wil je er een koekje bij? Die vraag werd dan ook door haar al snel verbasterd tot de kreet ‘koekiebij?’ (Geeft niets, schat! We snappen allemaal wat jij bedoelt.) Maar iemand van buiten het gezin zal best even na moeten denken wat er wordt bedoeld. Gelukkig is dat makkelijk op te lossen door hem of haar de koektrommel voor te houden.
Vaktaal buiten de groep zorgt voor miscommunicatie
Dat is anders als vaktaal gebruikt wordt in communicatie buiten de groep. Een interessant onderzoek is het onderzoek naar bewustwording in vaktaal (University Tilburg). Personen uit een beroepsgroep maken vaak gebruik van een gespecialiseerd lexicon, jargon, maar mensen van buiten de groep spreken die taal niet. Het gevolg is
- miscommunicatie
- onbegrip
- afkeer: de ander wil niet meer met hem of haar praten / communiceren
- de ander arrogant vinden
De ander vindt de gesprekspartner arrogant, omdat hij zijn taal niet spreekt - denigrerend denken over zichzelf
De ander denkt van zichzelf dat hij of zij te dom is om het onderwerp te begrijpen
Open deur: De communicatie zit niet op één lijn. Vaktaal (of jargon) kan leiden tot onbegrip bij je wensklant, want er ontstaat geen band. Integendeel, deze mensen worden GEEN klant.
Schat de taal van je klant goed in
Als je als dokter een verkeerde inschatting maakt van de kennis van je patiënt, dan is de kans groot dat de patiënt de dokter niet begrijpt. De dokter spreekt dan een andere taal dan de patiënt en gebruikt veel meer vaktermen dan wanneer hij de kennis van zijn patiënt goed inschat. Daar zit je dan als patiënt!
Uit ervaring kan ik zeggen dat je niet makkelijk wisselt van huisarts of specialist. Hoe anders is dat met aanbieders van producten en diensten op internet. Snap ik niet wat dat product voor mij doet? Dan ga ik snel naar een andere aanbieder met een vergelijkbaar product.
Hoe spreek de taal van je klant? Vier tips
Je taalgebruik is super belangrijk wanneer het gaat om wederzijds begrip. Jouw klant wil het gevoel krijgen dat je hem of haar begrijpt. Dat je zijn ‘taal’ spreekt, letterlijk en figuurlijk.
Hoe je dat doet?
- Gebruik zo min mogelijk vaktermen (soms kan het gewoon niet anders)
- Licht vaktermen toe of leg ze uit wanneer je ze wel gebruikt
- Formuleer dingen praktisch: wat heeft de klant aan jouw product, welk probleem lost jouw product op.
- Ga niet te diep in op details. Laat ze weg of zet ze in een pop-up of subpagina.
Wat doe ik voor jou
Ik zie ondernemers met prachtige, innovatieve ideeën, maar merk dat de tekstuele uitingen daarvan niet effectief zijn. Dat komt door onduidelijk taalgebruik, taal die gericht is op het bedrijf zelf (vaktaal) en niet op de wensklant. Ik laat taal verbinden tussen het bedrijf en de klant. Met teksten in duidelijke taal die antwoord geven op de vraag wat de consument aan dit product heeft (en waarom hij daar beter van wordt!).
Benieuwd naar wie ik ben en hoe ik dat doe? Bekijk mijn website of stuur een mailtje naar annet@taalinnovatie.nl.